I-zine nr 36 Ilone Blaauw Veilig veranderen week 22 2015
Hoe het bespreken van angst juist tot samenwerking en veiligheid kan leiden.
Valveiligheid, babbeltrucs, brandveiligheid, legionella, dementie.. Allemaal zaken waar we, als wij of onze geliefden ouder worden, niet mee in aanraking willen komen. We willen ons niet bang laten maken en toch is er een interessante paradox; want als deze ‘angst’ ons niet ergens raakt, komen we niet in beweging.
De veelheid aan betrokken partijen die zich hier – met opvallend veel passie- mee bezig houdt verrast me. Ik organiseer een congres ter gelegenheid van het afscheid van een burgemeester. Zij is, misschien ook met haar eigen pensioen in zicht, erg betrokken bij de ‘veiligheid van zelfstandig wonende ouderen en minder zelfredzamen’. De sprekers die ik benader doen alle moeite om zich hiervoor vrij te maken. Een bevriend pianiste komt graag omdat ze zelf een dementerende moeder heeft. Tijdens het geanimeerde ‘open space minicongres’ blijkt dat velen elkaar nog nooit ontmoet hebben, ondanks dat ze veel raakvlakken hebben in hun werkzaamheden. Eén van de deelnemers complimenteert ons met de organisatie en vindt dat we zo’n ‘bijzondere, veilige setting creëren’.
Toch is het eenvoudig om al deze bij (on)veiligheid betrokken partijen te verbinden. Professionals, vrijwilligers, commerciële hulpaanbieders, vitale partners en niet te vergeten betrokkenen burgers, patiënten, bewoners, werknemers, hebben een zelfde drive: het voorkomen van onveiligheid. In deze complexe wereld, waarin risico’s toenemen en er steeds meer met minder middelen gedaan moet worden, beseft iedereen ook dat niemand het alleen kan. Samenwerking is dus noodzakelijk.
Waarom loopt het in de praktijk toch vaak anders? Waarom schrikken partijen elkaar af door te starten met: ‘wie er over gaat, wiens verantwoordelijkheid het is, wie het gaat betalen en hoeveel tijd er voor nodig is’?’ Iedereen heeft het druk met de eigen taken en processen. Het is lastig om overzicht te krijgen. Voor velen is het nog moeilijker om toe te geven dat je iets niet alleen kan. Soms mist het gevoel van urgentie of zijn de behoeften aan eigen veiligheid en zekerheid niet voldoende ingevuld.
In mijn werk, herken ik de (on)veiligheidsparadox. Onveiligheid zorgt voor drive, maar is ook een wankele basis om samen te gaan werken. Juist als het gáát om veiligheid, zoals in de haven van Oman, op een kernenergie-locatie, in een netwerk vitale infrastructuur. Binnen veiligheidsregio’s die samen meerjaren-prioriteiten willen stellen en met partners willen oefenen. In een gemeente waar verschillende afdelingen zich met cultuurverandering bezig houden.
Blijkbaar is het een hele kunst om deze paradox ‘veilig’ bespreekbaar te maken.
TIP
Hoe je dit kunt doen?” Pas de “3 A’s”* toe als je samenwerking en verbinding zoekt in veiligheid.
Geef Aandacht: luister en stel vragen: waar komt de behoefte vandaan om iets in gang te zetten of te bereiken? Waar is iemand bang voor?
Zorg voor Aansluiting: erken emoties en laat laat zien wat je de energie geeft om je ervoor in te zetten.
Wees Assertief: praat over je invloed, inhoudelijke kennis en visie. Zo vorm je een stevige basis voor verdere samenwerking.
* uit de training verbale agressie, die ik geef samen met Loevezijn Protect.
Hartelijke groet,
I-zine nr 28 Ilone Blaauw Veilig veranderen week 52 2014
Welk licht wil er vanuit jou geboren worden?
Wanneer straal jij en kom jij tot leven? Wat zet jou in vuur en vlam of waar gaat jouw hart van zingen?
Vragen die we niet zo makkelijk kunnen beantwoorden. Zeker als we druk bezig zijn, zo vlak voor het eind van het jaar, houden we ons hier liever niet mee bezig. We draaien maar door, vechten tegen deadlines alsof 1 januari het einde is. We raken moe, gestrest en soms zelfs depressief in deze donkere dagen.
En eerlijk: vechten we eigenlijk niet tegen onze natuurlijke behoefte om tot rust te komen? Waarom beginnen we al voor dat het licht wordt en gaan we door als het donker invalt? Waarom onderdrukken we onze impuls om kaarsen aan te steken en wat te bezinnen in de sfeer die dan ontstaat? Waarom niet gewoon lekker op tijd naar bed en bij te slapen?
Wat zou er gebeuren als we nu even massaal stil zouden staan? Of er nu een witte kerst is of niet, gewoon lekker thuis, cocoonen, al dan niet met familie of vrienden. Zou de economie instorten? Zou onze werkgever over de kop gaan? Zou onze veiligheid in het geding komen? Integendeel! Ik denk dat het ons zou helpen, om ons beter, fitter en blijer te voelen, helderder om keuzes te maken, gerichter inbreng te hebben als we weer starten met onze activiteiten in het nieuwe jaar. Zo kunnen we onze goede voornemens écht uitvoeren en de wereld samen een beetje lichter maken.
Deze week mocht ik een team in de zorg begeleiden, wat het afgelopen jaar aan (te) veel veranderingen onderhevig was. Na een rommelige start, keken we samen terug op de ‘plussen’ en ‘minnen’ van dit jaar. We eindigden met een paar nieuwe ideeën, maar vooral in rust. De problemen waren niet opgelost, maar wel gedeeld en dit gaf verbinding en vertrouwen.
In het kader van ‘praktiseer wat je predikt’, wil ik graag mijn top 5 ‘plussen’ met je delen, waar ik, dit jaar, vooral heel Blij van werd:
- Vernieuwen: huis verbouwen, hardlopen in een groep, een nieuw baby-nichtje en schrijven van i-zines.
- Verrassen: feesten (80 jr en 50 jr huwelijk) organiseren voor mijn (schoon)ouders en een open space congres (FCIC) voor mijn zus.
- Verbinden: met collega’s in het kader van mensontwikkeling en advies in veiligheid.
- Vieren: van jubilea; 25 jr. brandweer, 30 jr vriendin TU, 35 jr. middelbare school.
- Vrije tijd: besteden aan gezin, familie, vrienden, vrijwilligerswerk.
Een gelukkig kortere, maar zeker niet minder energie vretende, top 4 van ‘minnen’. Hierdoor voelde ik mij Bedroefd, Bang of zelfs Boos:
- Vertrouwen: mis ik wel eens als het gaat over verwerven van nieuwe opdrachten/klanten.
- Verbinden: lukt me niet altijd met mijn twee puberende zoons.
- Verlaten: van coachees, een intervisiegroep, overleden familieleden, valt me zwaar.
- Verduren: van chaos en wanorde, word ik heel onrustig van.
Dit geheel overziend ben ik dankbaar voor de overdaad aan ‘plussen’ met als rode draad; vormen, verrassen, vernieuwen, verbinden. Dit zijn precies de kernwaarden die ik op mijn visitekaartje heb gezet en die ik nu kan aanvullen met ‘vieren en vrije tijd’ Uit de minnen blijkt waar ik moeite mee heb en wat mij belemmert om voluit te ‘stralen’; een gebrek aan vertrouwen en verbinding en ‘verlaten en verduren’.
Gun jezelf eens de tijd om terug te kijken en stil te staan bij de vraag wat jouw plussen en minnen waren. Waar gaat jouw hart van zingen? Wacht dan en geduldig op jouw persoonlijke antwoord. Dat wat je vaak niet zozeer bedenkt, maar meer vanuit je gevoel en intuïtie voortkomt. Een heel wezenlijk ‘iets’ wat je diep down wel weet, wat je drijft, wat maakt dat je ‘flow’ ervaart als je het doet. Datgene waar je energie van krijgt en wat je graag op anderen overdraagt. Omdat je daarmee jezelf en anderen gelukkig maakt. Die activiteiten die helemaal bij iemand passen. Meestal is het niet één ding, maar zijn het meerdere ervaringen waarvan je weet dat het ‘ klopt’, als je ziet dat deze persoon gaat stralen, wanneer hij erover vertelt. Zijn of haar hart gaat zingen dan, en dat zie je.
TIP
‘Waar gaat jouw hart van zingen en ga jij (dus) van stralen? Stel jezelf én anderen in de komende periode deze vraag eens. Aan het kerstdiner, tijdens de oud- en nieuw toost of gewoon tijdens een frisse strandwandeling. Doe de dingen, waar je hart van gaat zingen. Dan garandeer ik je blijheid en licht in de duisternis.
Een hele mooie kerst en fijn oud en nieuw gewenst,
I-zine nr 22 Ilone Blaauw Veilig veranderen week 40 2014
Verbinding tussen generaties verhoogt vitaliteit.
Generatieverschillen bieden voordelen. Mijn zoon heeft de tablet, waarop ik nu werk, aanbevolen. Hij maakt als 16-jarige deel uit van de authentieke generatie Y. Hij wordt blij van alles wat digitaal is, houdt van afwisseling, wil dingen anders doen. Dus trekt hij zich, jammer genoeg, niet zoveel aan van wat hoort of van mij als goedbedoelende en opvoedende moeder. Ik kan dus tegenwoordig maar beter een ‘appje’ sturen om hem na school te verwelkomen dan met een kopje thee klaarzitten. In het nieuwe boek van Aart Bontekoning getiteld ‘nieuwe generaties in vergrijzende organisaties’, lees ik dat dit de nieuwe sociale patronen zijn waarvoor wij, oudere generaties, ons open moeten stellen.
In het werk bieden deze inzichten ook veel mogelijkheden voor vernieuwing. Het schijnt zelfs frisse werkenergie op te wekken. Op LinkedIn zag ik een berichtje van Aart over zijn nieuwe boek ‘Nieuwe generaties in vergrijzende organisaties’. ‘Leuk!’ dacht ik en stuurde direct een felicitatiemail. Ik ken Aart namelijk nog van mijn begintijd bij de brandweer. In 1991 organiseerde hij een gesprek met de toenmalig gemeentelijk brandweercommandant van Eindhoven, Elie van Strien, Wij, een groep jonge honden, mochten onze eerste observaties delen over het werken bij de brandweer. Ik weet nog hoe bijzonder ik het vond dat ‘de commandant’ oprecht geïnteresseerd naar ons luisterde. Voor Aart was dit de start van zijn generatieonderzoek of -werk, wat hij daarna vooral buiten de brandweer heeft voortgezet. Ofwel, ik was zonder het te weten, deelgenoot van de start van zijn levenswerk.
Nu ben ik benieuwd waarom hij niet door is gegaan binnen de brandweer. Stond de voorgaande generatie niet voldoende hiervoor open? Was die teveel gericht op democratiseren en dus op het bouwen van overleg- en besluitvormingsstructuren? Of waren wij nog niet voldoende ‘assertief” en pasten we ons teveel aan? Elie is doorgegroeid als regionaal commandant van A’dam en een mooi voorbeeld van de nieuwe generatie senioren. In tegenstelling tot de ‘stille generatie’ van mijn ouders, willen zij langer doorwerken en zuiniger met hun energie omgaan. Wat hen energie geeft is werken met meer passie, minder bureaucratie en meer vrijheid en hun werkervaring overdragen. Ik heb als rechtgeaard lid van de ‘verbindende’ generatie X’ nog steeds contact met Elie. Zo spraken we onlangs over de vraag hoe hij het stokje kan overdragen aan opvolgende leidinggevenden uit mijn generatie en hoe hij hen daarbij kan steunen. 82 Procent van de beroepsbrandweermensen vindt dat de korpsleiding niet of onvoldoende luistert naar het personeel op de werkvloer, aldus het onderzoek van Abvakabo-FNV. Een flinke uitdaging voor de nieuwe leidinggevenden!
Zowel in het gesprek met Elie, als in het boek komt het contact met onze kinderen, respectievelijk de pragmatische generatie en generatie Y en Z, ter sprake. Grappig dat Aart in dit contact juist de sleutel ziet voor het ‘bij de tijd houden’ van vergrijzende organisaties. Alle bezuinigingen van de afgelopen jaren hebben helaas ook bij de brandweer voor weinig verjonging gezorgd.
Zoek de jongere generaties niet alleen thuis, maar juist in het werk actief op betrek hen actief bij je werkzaamheden. Sta open voor soms spannende andere manieren van samenwerking, leren, communiceren, hun werkwijzen en feedback. Breng je eigen positieve én negatieve werkervaringen in. Reflecteer op wat dit oproept. De beste graadmeter is de mate van werkenergie en werkplezier die het je oplevert. Het vergroot wederzijds de vitaliteit en versnelt de noodzakelijke verandering. Dit is zeker nodig, kijkend naar wat Stefan Wevers (voorzitter van regionaal commandanten) zegt in BNR nieuws over de verbinding met de werkvloer. ‘Dat is iets waar we aan werken. We gaan mensen meer betrekken bij de besluitvorming. Het zal wel nog een aantal jaren duren voor er weer balans is in de organisatie’.
TIP
Bezin je eens op de generatiepatronen in jouw organisatie. Hoe staat het met de werkenergie, trek je nieuwe generaties aan of verdwijnen ze juist weer? Kortom: zijn de sociale patronen nog up to date of aan vernieuwing toe? Ga het gesprek aan met andere generaties, zodat je elkaar als collega’s behoudt, benut en waardeert!
Een vitale groet!
I-zine nr 21 Ilone Blaauw Veilig veranderen week 38 2014
Hoe verhalen mensen verbinden.
Hoe schaars en waardevol zijn ‘stil-sta’ momenten. Een ontspannen wandeling over het strand, een lunch op een zonovergoten terras of een uitgebreide kop koffie. Alleen, met je partner, kinderen, familieleden, oude of nieuwe contacten? Wat prijs ik mij gelukkig dat ik dit ook mijn werk mag noemen. Het is zo fijn én belangrijk om persoonlijke verhalen te delen en in een open sfeer ervaringen, gevoelens uit te spreken. Juist als we het moeilijk hebben!
Het blijkt lastig om échte en duurzame verbinding tot stand te brengen en te houden. Verbinding tussen partners, familieleden, directieleden, collega’s, medewerkers van verschillende afdelingen, andere organisaties en ‘burgers. Alsof we totaal ándere wezens zijn, die elkaar niet vanzelf opzoeken. Mensen waarin we ons niet kunnen verplaatsen, geen begrip voor kunnen hebben, laat staan dezelfde taal spreken.
Lang geleden vertelden mensen elkaar graag verhalen. Rondom kampvuren, tijdens bedevaarttochten, lange bootreizen, aan het hof, ontstonden mythen en sprookjes. Deze levenslessen werden gedeeld, doorverteld, mooier of erger gemaakt, uitgebeeld in schilderijen en voorstellingen en uiteindelijk opgeschreven. Het gaf vermaak, afleiding, troost, en zorgde voor onderricht.
Volgens John Campbell bevatten al deze verhalen een universele verhaallijn, genaamd ‘de reis van de held’. De held ‘ontwaakt’op zeker moment in zijn of haar leven, door een heftige gebeurtenis. De held herkent zijn roeping, gaat op pad en komt allerlei beproevingen tegen. De held faalt en leert ervan, krijgt hulp uit onverwachte hoek en slaagt erin zijn doel te bereiken. Ken jij je eigen heldenverhaal?
Waarom vertellen we hier niet vaker over? Gaat het niet meer van nature? Hebben of nemen we er geen tijd meer voor? Of hebben we het verleerd door het gebruik van alle sociale media? Vinden we het niet meer nodig omdat we individualiseren? Kijkend naar de ramp met de MH17 is dit niet het geval! Juist in tijden van onzekerheid en ellende is het delen van verhalen nodig en mogelijk.
De kunst is om hiervoor de juiste setting en randvoorwaarden te creëren. Tijd, een prettige locatie, mensen met een gemeenschappelijk doel, thema of vraag en bovenal interesse in elkaar. Dat is alles wat nodig is om tot prachtige persoonlijke verhalen, respect, begrip, trots en steun en nieuwe ideeën te komen. Waarom doen we dit niet veel vaker? Ook als er geen vervelende aanleiding is en het de kans vergroot dat we ‘nog lang en gelukkig samen leven’?
TIP
Vraag je eens af wat jouw verhaal is? Met wie zou je dit willen delen om meer verbinding te creëren? Zoek elkaar op. Ga samen eten, maak een wandeling, ga met een wijntje voor de open haard zitten, staar in een vuurkorf. Nodig de ander uit tot haar of zijn verhaal. Als het lastig voor je is, zie het alvast als één van jouw beproevingen om de stap naar verbinding te nemen. Gun jezelf en de ander een mooie ontmoeting. Laat je, net als ik, verrassen door wat het je allemaal oplevert.
En ik. ben benieuwd naar jouw verhaal!
Hartelijke groet,
I-zine nr 20 Ilone Blaauw Veilig veranderen week 36 2014
Hoe bewustwording van het ‘wij-zij’-mechanisme aanzet tot gedragsverandering.
Ik ben graag “wij”. Als ik met mijn gezin op stap ga. Wanneer ik afspreek met vriendinnen, of een heisessie begeleid met een collega. Wij zijn natuurlijk de beste hockeyclub van Delft. Ik juich met onze vrienden als wij winnen tijdens het WK-voetbal. We rouwen collectief als Nederlanders.
De laatste tijd lijkt het steeds vaker over wij, maar ook over zij te gaan. In het wereldnieuws maar ook dichterbij in organisaties en thuis. Wat levert mij “wij” op? Wij is een gevoel van “niet alleen zijn”, van verbondenheid, samen sterk, gedeelde ideeën, normen en waarden. Ik hoor ergens bij, ik ben trots op ons, voel me gesteund. Herkenbaar?
En kan er “wij” zijn, zonder” zij”? Als er geen “zij” zijn, zijn we allemaal wij. Dan zijn we één, is er geen onderscheid, geen exclusiviteit, geen grenzen tussen wat wij vinden en doen en wat voor de anderen geldt. Dat is veelomvattend, “huge”, onpersoonlijk, saai, eenheidsworst. Dan herkennen wij, ikken, ons niet meer. Blijkbaar hebben we behoefte aan begrenzing, overzichtelijkheid, ‘persoonlijke” verbinding. Wij hebben “zij” nodig al is het maar om onze eigen identiteit te vormen.
Jammer dat dit mooie mechanisme van “inclusiviteit” vaak ellende met zich meebrengt. Het wij gevoel sluit namelijk andere mensen uit. Daar verbinden we ons liever niet mee. Dit zijn de ‘zondebokken’ waarachter we ons kunnen verschuilen. Door over hen te klagen, met hen te wedijveren, hen te pesten, te beschuldigen of te bestrijden, maskeren we onze eigen fouten of onmacht. We hoeven zelf geen verantwoordelijkheid te nemen. Triest om dagelijks in de media te zien waar dit gedrag toe leidt. Verrassend om in mijn werk in organisaties te constateren dat leidinggevenden, afdelingen, medewerkers, eraan meedoen. Irritant als ik mijn kinderen of mijzelf hierop “betrap”.
Bewustwording van dit wij-zij mechanisme, zet aan tot gedragsverandering. Dus maak ik mijn vechtende zonen verantwoordelijk om samen de hond uit te laten. Ik vraag een groep medewerkers om samen met hun leidinggevende te bedenken wat ze zélf (en niet ‘zij’: de andere afdelingen, directie etc.) kunnen veranderen aan een bepaalde situatie. Teruggeworpen op deze ‘wij’ vormen ze een team. Ze werken aan eigen oplossingen die veel energie opleveren. Zo ontstaat er beweging in de mensen zelf, het team, en in de organisatie wanneer ze de verbinding met de anderen opzoeken.
Want er is nog zoveel te winnen en te leren van ‘zij’! De vergelijking van de verschillende invalshoeken leidt tot creativiteit, vernieuwing en positieve energie. Het maakt ons alert op onze onderlinge posities en verscherpt de standpunten. Deze blijken interessant en soms zelfs boeiender of beter dan die van ons!
TIP
Vraag je eens af of met wie jij je “wij” voelt? Ben je je bewust van de effecten van dit gevoel op je gedrag? Onderzoek dan eens wie “zij” zijn? Zoek beiden op. Ga het contact aan, verdiep je écht in hen. Kijk of op welk vlak jullie overeenkomsten hebben. Pak een gezamenlijke taak op. Bepaal daarna nog eens wie ‘wij’ of ‘zij’ zijn? Wie weet is er spontaan een nieuw “wij” gevoel ontstaan?
Recente reacties